Goud in 1996
Sinds de Olympische Spelen van 1964 in Tokyo zijn er elke vier jaar Nereïden vertegenwoordigd geweest om te strijden om het mooiste blik dat er in de sport te behalen is. Dit jaar zijn elf Nereïden afgereisd naar Peking. Hieronder een overzicht van Nereus en de Olympische Spelen van oprichting tot het heden.
De eerste Nereïden die succesvol waren op de Olympische Spelen waren de 'Puppies'. Deze vier won in 1899 het Hoofdnummer van de Varsity en werd een jaar later, als snelste Nederlandse vier, door Minerva uitgezonden naar de Olympische Spelen, die - tegelijkertijd met de Wereldtentoonstelling - in Parijs werden gehouden. De heren P. Lotsy, Hiebendaal, G. Lotsy, Terwogt en stuurman Brockman behalen een zilveren plak, achter Duitsland. Het gastland en torenhoge favoriet Frankrijk bleef steken in de halve finale, waar het door de latere winnaar werd uitgeschakeld.
In de jaren dertig was Olympisch succes weer dichtbij. In 1931 laten Simon de Wit en Anton Bom deelname over aan een twee zonder stuurman van Triton. Het was immers lustrum en de heren wilden helemaal niet naar Los Angeles, zo getuige het Eeuwboek. Ze lieten de Utrechtenaren winnen in de beslissende trial: "Jullie moeten naar Los Angeles, finishen jullie maar eerst!". In 1936 grijpt De Wit een volgende mogelijkheid met beide handen aan en neemt als slagman Regout, Bartlema, Schoorl en stuurman Hallie op sleeptouw naar de Spelen van Berlijn. Onder leiding van dr. Meurer, 'De Pruus', weten zij in deze opstelling de voorwedstrijd te winnen en strijden zij in de finale om het Brons met Frankrijk. Ze komen na een goede race net te kort voor het podium.
Tot 1964 duurt het voordat een tweede ploeg in de geschiedenis van de ASR op de Spelen eremetaal weet te bemachtigen. De jaren zestig worden onder meer kleur gegeven door de duo's Steven Blaisse/Ernst Veenemans en Sjoerd Wartena/Sipke Castelein. Terwijl laatstgenoemden in een Willem III-combinatie vierde worden in de vier-zonder, missen eerstgenoemden op de Olympische Spelen van Tokyo gecoached door Jan Willem Pennink, op een haar na goud. Met een zilveren plak, de tweede Olympische plak op de overwinningslijsten, keerden zij terug op de Amsteldijk.
Blaisse en Veenemans
Vier jaar later, het jaar van de Olympische Spelen in Mexico, zijn tien van de negentien Olympische roeiers Nereïd. De door Bloemendal gecoachte topfavorieten voor goud, Ruud Stokvis en Roel Luijnenburg, moeten in de finale opgeven door rugklachten van Roel. De Mexico-acht kan het tegen de 'Renngemeinschaften' net niet bolwerken en mist de finale. Weer vier jaar later, als de Olympische Spelen van München voor de deur staan (1972), worden de op wraak beluste Stokvis en Luijnenburg weer uitgezonden. Een bikkelharde race leidt tot een bronzen medaille. Paul Veenemans weet in de dubbeltwee de kleine finale overtuigend te winnen.
Terwijl bij de mannen het jaar 1972 met het afscheid van het merendeel der oudgedienden een afsluiting vormt van de voor Nereus zo succesvolle jaren zestig, kondigt dit jaar bij de dames de afronding aan van een aanloopperiode tot jaren van grote bloei. Het eerste Olympische optreden van de Thetis-dames dat hieruit voortvloeide was op de Spelen van Montreal in 1976, waar de Nederlandse vier-met met Mirjam Steenman en Liesbeth Vosmaer vijfde werd in de finale. Een nieuw koningskoppel, Linda Cornet en Harriet van Ettekoven, krijgt de kans zich te bewijzen in de twee-zonder op de Spelen van Los Angeles in 1984. Een teleurstellende vijfde plaats wordt geweten aan blessureleed in de aanloop en een weinig efficiënt trainingskamp. Verrassend en een pleister op de wonden was dan ook de bronzen plak die zij daarna in de nationale damesacht behaalden.
Van Ettekoven wist zich ook te plaatsen voor de Spelen van Seoul (1988) en Barcelona (1992). Een vierde plaats in de skiff was haar deel in 1988. Vier jaar later, vergezeld door Theteïde Anita Meiland, greep zij weer net naast het brons in de dubbel vier. Ook Hans Kelderman was van de partij in Seoul en Barcelona. Met Nereïd Herman van den Eerenbeemt aan boord van de dubbel vier werd een achtste plaats behaald in 1988. Vier jaar later roeide hij, wederom in de dubbel vier maar nu vergezeld door Nereïd Rutger Arisz, naar een vijfde plaats. Jaap Krijtenburg wist een plek te bemachtigen in de vier-zonder die Nederland vertegenwoordigde op de Spelen van Barcelona. De ploeg behaalde een vijfde plaats.
De Spelen van Atlanta (1996) brengen het eerste Olympische goud naar de Amsteldijk. Michiel Bartman en Diederik Simon nemen plaats in de roemruchte Holland Acht, die op weg naar de Spelen alles en iedereen de baas is. Met een afgetekende zege maken de twee Nereïden het begin van een blikrijke tocht over de Olympische wateren. In de dames acht was plaats voor Theteïde Marleen van der Velden. Een onrustig toernooi leidde tot een zesde plaats. Ook Adri Middag (10de in de dubbel vier) hield Nereus' eer hoog op de Spelen van Atlanta.
Chun met zijn medaille
In Sydney (2000) was er weer Olympisch succes voor de roeiers van de Amsteldijk. Wederom waren het Bartman en Simon die, onder leiding van Jan Klerks, nu in de dubbel vier een zilveren medaille mee naar huis konden nemen. Martijntje Quik stuurde de dames acht ook naar een zilveren plak. Middag nam ditmaal plaats in de Holland Acht II en werd achtste. Marloes Bolman en Femke Dekker roeiden als reserves van de acht een onopvallend toernooi in de twee-zonder. De lichte dames Marit van Eupen en Kirsten van der Kolk gaven hun visitekaartje af door de A-finale te behalen in het zwaar bezette veld.
De spelen in Athene 2004 werden de meest succesvolle in de historie van de ASR. Maar liefst driemaal werd het podium door Nereïden bestegen: Michiel Bartman, Diederik Simon, Gijs Vermeulen en stuurman Chun Wei Chueng voeren in een indrukwekkende race naar zilver met de Holland Acht en Sarah Siegelaar behaalde brons met de dames acht. Van Eupen en Van der Kolk grepen de bronzen plak onder leiding van Josy Verdonkschot. Femke Dekker bekroonde een strijdbaar seizoen in de skiff met een uitzending naar Athene en een tiende plaats aldaar. Gerard van der Linden en Ivo Snijders, in de door Susannah Chayes gecoachte lichte vier, misten het brons op vier honderdste van een seconde.
Marit en Kirsten
Voor de verzilvering van de prestaties in olympisch roem zouden Kirsten van der Kolk en Marit van Eupen nog één keer een comeback maken. Met coach Verdonkschot werd het plan uitgestippeld. De roeisters waren berucht om hun tweede duizend meter en ook in Beijing werd na achterstand, in de derde 500 meter de voorsprong gepakt. Met een anderhalve seconde marge werd het goud binnen gehaald. Voor het eerst in de geschiedenis wint een complete Nereusploeg goud op de Olympische Spelen. Ook de Vrouwen Acht met Dekker, Kingma en Siegelaar kent een fenomenaal eindschot. Waar de acht na 1500 meter op achterstand lag werden de Canadezen en de Roemenen in de eindsprint voorbij gevaren met een zilveren medaille als gevolg.
2008 zou het hoogtepunt van de Holland Vier worden, maar een dubieus traag gevaren halve finale maakt een einde aan de droom. De Holland Acht is op sterven na dood tot Simon de Acht opdoft en er een doorstart wordt gemaakt. Een vierde plek in de finale was naar omstandigheden een goede prestatie. De lichte vier voer een sterke halve finale en er was hoop op een stunt. Helaas blijven Snijders en Van der Linden met een zesde plek in de finale zonder medaille.
Jaar | Plaats | Kleur | Boot | Bezetting |
---|---|---|---|---|
1900 | Parijs | zilver | M4+ | G. Lotsy, Hiebendaal, P. Lotsy, Terwogt, Brockman (stm.) |
1964 | Tokyo | zilver | M2- | S. Blaisse, E. Veenemans; J.W. Pennink (c.) |
1972 | München | brons | M2- | R. Stokvis, R. Luijnenburg; A. Koning (c.) |
1984 | Los Angeles | brons | W8+ | H. van Ettekoven, L. Cornet; R. van Aalst (c.) |
1996 | Atlanta | goud | M8+ | M. Bartman, D. Simon |
2000 | Sydney | zilver | M4x | M. Bartman, D. Simon; J. Klerks (c.) |
2000 | Sydney | zilver | W8+ | M. Quik (stv.) |
2004 | Athene | zilver | M8+ | M. Bartman, D. Simon, G. Vermeulen, C.W. Cheung (stm.); M. Emke (c.) |
2004 | Athene | brons | W8+ | S. Siegelaar |
2004 | Athene | brons | LW2x | M. van Eupen, K. van der Kolk; J. Verdonkschot (c.) |
2008 | Beijing | goud | LW2x | M. van Eupen, K. van der Kolk; J. Verdonkschot (c.) |
2008 | Beijing | zilver | W8+ | F. Dekker, N. Kingma, S. Siegelaar |
2 gouden - 6 zilveren - 4 bronzen
Deze tekst is een bewerking van het Eeuwboek, het 125-jaarboek en de Lustrumboeken van 1995-2000 en 2000-2005. Onjuistheden en onvolledigheden graag melden aan de webmaster